Ach, puberlief toe drink niet meer (zoveel)

Foto: dennis skley

Ouders hebben veel meer invloed op het drinkgedrag van hun pubers dan ze zelf beseffen. Duidelijke grenzen stellen en een goede communicatie met je kind, kan er voor zorgen dat hij of zij niet vervalt in excessief drinkgedrag. Tot die conclusie komt de psychologe Astrid Jander in haar proefschrift ‘Alcohol Alert’, waarop ze donderdag 21 januari is gepromoveerd aan de Universiteit Maastricht. “De meeste pubers die aan mijn onderzoek deelnamen, gaven aan dat ze ook buiten de deur rekening houden met de afspraken die ze met hun ouders hebben gemaakt.”

Voor haar promotie onderzocht Astrid Jander de effecten van interventies – zoals een speciaal hiervoor ontwikkeld computerspel – op het drinkgedrag van jongeren in de leeftijd van 16 tot en met 18 jaar. In vergelijking met Europese leeftijdgenoten  zijn Nederlandse jongeren stevige drinkers. Het zogenaamde ‘bingedrinken’ – risicovol drinkgedrag meisjes meer dan vier glazen drinken en jongens meer dan vijf –  is onder Nederlandse pubers heel gebruikelijk. Volgens een studie drinkt 57 procent van de 16-jarigen en 62 procent van de 17- en 18-jarigen tenminste een keer per maand meer dan goed voor ze is.

Te veel

,,Het begrip ‘bingedrinken’ is tamelijk onbekend. Veel mensen verwarren het met comazuipen. Jongeren denken dat je pas te veel hebt gedronken als je niet meer normaal kunt communiceren en laveloos in de hoek ligt. Als je dan uitlegt dat vier of vijf glazen alcohol op bijvoorbeeld een feestje al schadelijk kunnen zijn, reageert bijna iedereen verbaasd. Dat geldt voor de jongeren, maar zeker ook voor hun ouders”, licht de psychologe toe.

‘Bingedrinken’ is niet zonder risico’s, vooral als hiermee op jonge leeftijd wordt begonnen. ,,De hersenen ontwikkelen zich nog tot het 24ste levensjaar, en dan met name het hersengedeelte dat van invloed is op het probleemoplossend vermogen en het inschattingsvermogen. Omdat voorheen de leeftijdsgrens 16 jaar was en tegenwoordig 18 jaar, zijn veel mensen in de veronderstelling dat drinken vanaf die leeftijd geen kwaad kan. Dat is dus een grote misvatting. Desalniettemin is het drinken van alcohol in Nederland vanaf 18 jaar sociaal geaccepteerd en wettelijk gezien veroorloofd.”

Machteloos

Psychologe Jander wilde inzicht krijgen over hoe de pubers thuis en buitenshuis met het alcohol omgaan. Uit haar onderzoek blijkt dat vooral in de weekenden wordt gedronken. Het allereerste drankje krijgen de meesten aangeboden door hun ouders. Veel pubers zijn daarom in de veronderstelling dat hun ouders het niet erg vinden als ze ook buiten de deur drinken. Ouders daarentegen geven aan dat ze niet blij zijn met het drinkgedrag van hun kroost, maar dat ze zich machteloos voelen omdat de kinderen de drank legaal kunnen kopen en drinken. Veel ouders stoppen met het stellen van regels zodra het drinken van alcohol legaal is.

Janders hoofdconclusie is dat ouders en jongeren niet duidelijk met elkaar communiceren over alcoholgebruik. ,,Als ouder kun je wel degelijk invloed uitoefenen op het gedrag van je kinderen. De meeste pubers die aan mijn onderzoek deelnamen, gaven aan dat ze ook buiten de deur rekening houden met de afspraken die ze met hun ouders hebben gemaakt. Dat houdt in dat ze de grens wel eens verleggen en een paar glaasjes meer drinken, maar ze zullen waarschijnlijk nooit excessief drinken uit respect voor hun ouders.”

Belangrijk is hoe de boodschap wordt gebracht: ,,Beter een kwalitatief goed gesprek, dan twintig slechte gesprekken. Neem een rustig moment voor het gesprek. Denk goed na over wat je je kind wilt vertellen en hoe. Neem je kind serieus. Ga in op wat hij of zij zegt en verplaats je in hun positie. Zoek samen naar een oplossing om ‘bingedrinken’ te voorkomen, want jongeren hebben juist moeite met het weigeren van een glas alcohol omdat ze niet buiten de groep willen vallen”, merkt Astrid Jander op.

Interventiespel

Haar tips zijn onder meer: kies samen een stopmoment, drink langzaam, wissel alcohol af met fris, ga meer dansen of bedenk een goed excuus om niet te hoeven drinken. Deze tips heeft ze ook verwerkt in het tweedimensionaal computerspel  ‘Watskeburt?!’  dat in samenwerking met het bedrijf Goal 043 is ontwikkeld. In de loop van het spel waarin de drinksituaties in de kroeg, op een feestje en thuis bij vrienden worden nagebootst, krijgen de spelers via een pop up-scherm tips aangereikt die op hen zijn afgestemd. ,,Het idee voor het ontwikkelen van een serieus spel als interventievorm, ontstond tijdens de eerste gesprekken. Het spel bleek ook effectief; althans 15-  en 16-jarigen spelers gingen minder ‘bingedrinken’. Maar helaas vielen ook veel deelnemers voortijdig uit, vooral oudere adolescenten. Dat zie je overigens vaker bij internetinterventies. Je bereikt veel mensen, maar je bent ze ook zo weer kwijt”, redeneert de psychologe. ,,Daarnaast werd het spel omdat we om persoonlijke gegevens vroegen, zoals het drinkgedrag van mensen in de naaste omgeving, door sommigen mogelijk ervaren als confronterend of te persoonlijk.” Toch is Jander er van overtuigd dat het spel met enkele aanpassingen succesvol kan worden ingezet als interventiemethode om jongeren voor te lichten over de gevolgen van ‘bingedrinken’ .

Janders  promotieonderzoek werd overigens bemoeilijkt omdat halverwege, in 2014, de wettelijke leeftijdsgrens voor alcoholgebruik is opgetrokken van 16 naar 18 jaar. ,,Natuurlijk is het een goede ontwikkeling. Zo is in elk geval duidelijk dat drinken op jonge leeftijd niet gezond is. Of de grens nog verder moet worden opgetrokken, weet ik niet. In de Verenigde Staten mag je als 18-jarige niet drinken, maar je mag wel het leger in om in Afghanistan te worden neergeschoten. Dat vind ik krom”, besluit Jander.