Plenkershoven nr.17

Foto: Sem Shayne

Een serie verhalen over Maastrichtenaren die op huisnummer 17 wonen. Deze aflevering: Plenkershoven in Jekerdal

In aflevering twee gaan we op bezoek in Jekerdal, of in de volksmond nog altijd St.Pieter. Op Plenkershoven nr.17 woont Margie van der Mee. Eenenzestig jaar. Weduwe. Bij het aanbellen valt ons oog op een lege eierdoos die voor de deur staat. ,,Die had ik alvast buiten gezet voor de boer die elke week een doos komt brengen”, lacht Margie.

Ze blijkt een opgewekte en opgeruimde vrouw. Niet alleen qua karakter.  Haar mooie en grote hoekwoning – zeker voor een alleenstaande –  is aan kant, zoals dat heet. Netjes en geordend. Hier woont een vrouw die uit haar jeugd heeft meegekregen een goede indruk te maken. Misschien typisch voor de iets oudere generatie Maastrichtenaren? Enfin. Jekerdal – St.Pieter – is al decennialang een zeer gewilde en ietwat kakkineuze woonwijk in het westen van Maastricht. Ingeklemd tussen het natuurschoon rondom de rivier de Jeker en de St.Pietersberg bestaat de wijk voor het overgrote merendeel uit ruimere twee-onder-een-kap woningen met heel veel groen. In tegenstelling tot St.Pieter bestaat Jekerdal nog voor een groot gedeelte uit huurwoningen uit het duurdere segment. Een typische middenklasse woonwijk uit de jaren vijftig en zestig. Ook wegens de verbinding met het Villapark en het altijd al rijke voormalige dorp St. Pieter heette het gebied in de Maastrichtse volksmond al snel elitair. Zeker in de talrijke volksbuurten die Maastricht telde in die jaren. ,,Ja, je moet zeker een bepaald inkomen hebben om hier te mogen wonen”, zegt Margie. ,,Maar ik bestrijd dat het een elitaire buurt is. Verre van. Het is hier heel gezellig en de mensen zijn absoluut geen kak. Of elitair, hoe je het ook noemt. Ik zag ook liever dat het meer gemêleerd zou zijn, maar ja de prijzen blijven hoog. Het houdt zichzelf ook in stand hoor. Makelaars weten precies hoeveel ze kunnen vragen. Het is nu eenmaal een buurt met een groot woongenot.”

Spiritueel

In 1983 kwam Margie van der Mee met haar echtgenoot Leo in Jekerdal wonen. In de Kalfstraat. ,,We woonden toen in Heer, maar waren op zoek naar een groter huis in een fijne buurt. Dan tref je het hier. Groen, kortbij de stad en toch ook buiten. Je loopt de straat uit en je staat midden in de natuur.” Margie zegt dat ze iedere dag minstens een uur gaat wandelen, voornamelijk in het prachtig aangelegde natuurgebied aan de oevers van de Jeker. Ook vertelt ze dat ze vrijwilligerswerk doet: ,,Ik ben gastvrouw in het Bezinningscentrum St, Gerardus van klooster Wittem. Het is een spiritueel centrum met veel activiteiten. Ja, ik ben altijd spiritueel aangelegd geweest. Niet dat ik heel gelovig ben, maar er is iets dat onze bevatting te boven gaat. Of dat nou God of een spirituele energie is doet er niet zoveel toe. Er zijn dingen in je leven die machtiger zijn en daar moet mee in het reine komen. Kijk, na de dood van mijn man vier jaar geleden ben ik ook heel kwaad geweest. Dat zoiets gebeurt, wat moet je daarmee. Waar heb je dat aan verdiend? Maar ik heb ontdekt dat je juist steun en kracht moet zien te vinden in de mensen om je heen. In de goedheid die zeker ook alom aanwezig is. Ik ben niet iemand die bij de pakken gaat neerzitten. Dat heeft geen zin.”

Het huis in de Kalfstraat met zijn vele herinneringen verkocht ze. Ze wilde echter perse in de buurt blijven wonen. In Jekerdal, waar ze zich zo thuisvoelt. Veel mensen in de straat kent. ,,De contacten zijn hier leuk. Je kunt altijd een praatje maken en ik voel mij ook wel veilig. Sociale controle bestaat hier nog. En ik bedoel niet op een negatieve manier dat mensen ze zich met jou bemoeien. Buurtbewoners zijn hier nog betrokken. Je treft elkaar ook altijd bij het kleine winkelcentrum op de Glacisweg, bij het ‘kemissies’ doen bij de bakker en de slager. Dat sociale aspect is nog aanwezig. Ik denk dat dat in andere buurten wat minder is geworden.”

Nummer17.2Shayne2

,,Waar ik ook van kan genieten is dat de kinderen nog lekker op straat kunnen spelen. Dat geeft een goed gevoel”, weet Margie. Haar ogen dwalen af naar buiten. Ja ze wilde absoluut in Jekerdal blijven wonen. ,,Ik woon nog niet zo lang hier in de Plenkershoven. Een half jaar zoiets, maar het is heerlijk. Het is fijn een hoekhuis te hebben. Uitzicht naar alle kanten. En elk seizoen van het jaar een ander uitzicht. Komende zomer ga ik een bankje voor het raam zetten zodat ik tegen de avond lekker in het zonnetje buiten kan zitten.”

Margie heeft altijd in het onderwijs gewerkt. Bijna 20 jaar was ze kleuterleidster en lerares op de basisschool. Eerst op Daalhof en later bij de OBS Binnenstad. ,,Een aantal jaren geleden ben ik daarmee opgehouden. Het ging op het laatst alleen nog maar om toetsen, toetsen en toetsen. Het onderwijs raakte steeds meer voorgeprogrammeerd. Kinderen moeten aan zoveel eisen voldoen en er worden hen steeds meer dingen opgelegd waar ze nog niet aan toe zijn. Dat ging tegen mijn principes. Ik liep helemaal vast. Kinderen moeten kinderen mogen zijn.”

De hoof

Na haar afscheid van het onderwijs ging Margie een antiekstudie volgen. Deels ook omdat haar man inmiddels van zijn hobby zijn werk had gemaakt. ,,Hij had een goede baan bij de gemeente, maar was altijd met oude klokken in de weer. Daar was Leo heel goed mee. Samen hebben we dat uitgebreid naar antiek en op allerlei markten gestaan. Een heerlijke tijd. Het was een uit de hand gelopen hobby. Ik doe nu ook nog wel iets in antiek, maar het is toch minder leuk sinds Leo er niet meer is.”

Maar bij de pakken neerzitten, neen dat komt niet in het vocabulaire voor van een optimistisch mens als Margie. Ze zit vol energie. ,,Zoals gezegd, ik ben een buitenmens. Mijn handen jeuken al als ik ‘de hoof’ zie.” De tuin ligt er prachtig bij. ,,Och, ik moet nog zoveel doen. Ik ga stokrozen planten en lavendel…Als ik ‘s morgens opsta en ik hoor al die vogels in de tuin, dan geniet ik. Het leven gaat niet altijd zoals je het gedacht had, maar er blijft genoeg over dat het de moeite waard maakt.”

door Peter Kroon